Category Archives: Torah

Tatoeages Zijn Een Teken Van Een Voorbijgaande Werkelijkheid

Laitman_028_02De Torah, Vajikra (Leviticus) (Kedoshim) 19 vers 28: Jullie zullen aan jullie lichaam geen insnijdingen maken en geen tatoeages aanbrengen. Ik ben de Eeuwige.

Aan iemand die spiritueel werk doet, is het niet toegestaan om een egoïstische realiteit te vereeuwigen. Deze is tijdelijk. Je verlaat deze realiteit en hij bestaat niet meer, hij moet totaal uitgewist worden!

Als je een tatoeage laat aanbrengen, blijft deze tot aan je dood bestaan. De huid is de bovenste laag van het egoïsme, de aller buitenste egoïstische laag. Daarom wordt de Torah op de huid van een dier geschreven.

In dit geval hebben we het over het feit dat je er geen recht op hebt om de huid te gebruiken als een aandenken aan je staten. Door dit te doen, roep je je vooruitgang ogenschijnlijk een halt toe, je wilt niet verder gaan dan de bovenste laag van de egoïstische substantie.

Tegenwoordig zijn tatoeages op het lichaam heel populair geworden. Wij bevinden ons in de laatste fase van de egoïstische ontwikkeling waarin een mens zich aangetrokken voelt tot tatoeages, ze zijn echter een weerspiegeling van de innerlijke eigenschappen waar wij doorheen moeten om in de hogere wereld te komen.

 

De Kracht Waardoor De Ziel Tot Leven Komt

Dr. Michael LaitmanDe Torah, Vajikra (Leviticus) 19 vers 26: Gij zult geen vlees eten waar nog bloed in zit.

Bloed is het Licht van Hochma, dit is de Kracht waardoor de ziel tot leven komt wanneer deze de vierde fase van het verlangen binnengaat (het vlees)

Het is echter verboden om het verlangen te gebruiken waarin het Licht aanwezig is. Eerst moet je het verlangen afzonderlijk corrigeren, het beperken en er een Masach (scherm) over aanbrengen, vervolgens alles afwegen en duidelijk maken. Dit zijn de wetten waarop later de Kashrut (spijswetten) zijn gebaseerd in verband met het eten van vlees.

Het is absoluut verboden om vlees met bloed te eten. In de dagen van de Tempel werd het bloed in speciale schalen opgevangen, zij waren alleen daarvoor bestemd en werden later tot de laatste druppel geleegd.

Daarom moeten wij de Kracht waardoor de ziel tot leven komt onderzoeken, zowel in onze wereld als in de spirituele wereld en op die manier leren onderscheiden.

From KabTV’s “Secrets of the Eternal Book” 4/09/14

 

Een Hof Zonder Vooringenomenheid

Dr. Michael LaitmanDe Torah, Vajikra (Leviticus) 19 vers 15: Pleeg geen onrecht bij de rechtspraak, begunstig de arme niet en behandel de aanzienlijke niet met bijzondere onderscheiding, in rechtvaardigheid moet je rechtspreken over je medemens. De Torah waarschuwt ons om onze gevoelens niet te corrumperen en mensen niet te behandelen zoals het meedogenloze ego dat dicteert.

Ieder van ons is een rechter. Je moet iemand zonder vooringenomenheid beoordelen zonder te letten op wat je aan de buitenkant ziet. Hij kan zwart of geel zijn, lelijk of knap, misschien spreekt hij op een verbazingwekkende manier en word je tot tranen toe geroerd, enz. enz.

Hoe kan een rechter er zeker van zijn dat hij een rechtszaak zonder vooringenomenheid behandelt? Om dit te kunnen, moet hij zichzelf beoordelen. Immers, als je over een ander oordeelt vanuit een perspectief dat vrij is van vooroordelen – wat betekent dat je je in de Schepper kleedt op het niveau van de ander – en het vonnis onjuist is, moet je de schuld van de beklaagde op je nemen en aan de hele maatschappij, aan de totale alomvattende ziel, zijn schuld betalen.

Als je een dief naar de gevangenis stuurt en hij na het uitzitten van zijn straf weer op vrije voeten komt en weer steelt, betekent dit dat jij in zijn plaats naar de gevangenis moet omdat het vonnis onjuist was. Als hij zich om verschillende redenen niet heeft verbeterd in de gevangenis en weer steelt, betekent het dat dit jouw schuld is en niet van hem, want jij en de maatschappij zouden hem hebben moeten corrigeren en dat heb je niet gedaan.

Dus wanneer hij vrij is, sta je voor het probleem wat je met hem moet doen, terwijl wij precies weten wat we met jou moeten doen: ofwel we zetten je in de gevangenis ofwel we gaan over tot andere vormen van correctie.

Opmerking: Als we dit principe hadden gevolgd, zouden alle rechters nu in de gevangenis zitten, maar zoals we allemaal weten: de gevangenis verandert mensen niet.

Antwoord: In de Torah wordt er geen melding gemaakt van gevangenissen. Inderdaad, gevangenissen veranderen mensen niet, dat zien we aan alles wat er tegenwoordig gebeurt. De Wijzen wisten dit 5000 jaar geleden al.

From KabTV’s “Secrets of the Eternal Book” 4/2/14

 

Spirituele Correctie

Laitman_198Torah, Vajikra (Leviticus) (parashat Kedoshim) 19 vers 20: En wanneer een man gemeenschap heeft met een vrouw die een slavin is en voor een andere man bestemd was, maar niet volledig vrijgekocht of vrijgelaten is, moet hij een schadeloosstelling betalen, omdat ze niet vrijgelaten was, worden ze niet ter dood gebracht.

De Torah spreekt over verlangen (Malchut) dat nog niet gecorrigeerd is. Het gevende deel (mannelijk) en het ontvangende deel (vrouwelijk) zijn met elkaar verbonden in een staat waarin het verlangen nog niet vrij is, er is geen restrictie en geen masach (scherm). Het mannelijke deel is vrij en gewillig om met dit verlangen te werken, hoewel het nog ongecorrigeerd is.

Daarom is het probleem niet in het vrouwelijke deel, maar in het mannelijke deel dat met de nog ongecorrigeerde Malchut gaat werken in de richting van geven. Dit is niet juist.

Als de handeling heeft plaats gevonden en er wordt onthuld dat het verlangen niet volledig gecorrigeerd is, leidt dit naar een Cohen (priester) omdat beide delen moeten opstijgen naar het volgende niveau.

Torah, Vajikra (Leviticus) (parashat Kedoshim) 19 vers 21 en 22: Hij moet zijn schuldoffer voor de Eeuwige naar de ingang van de tent der samenkomst brengen, een schuldoffer-ram. En de priester bewerkt met het schuldoffer-ram verzoening voor hem vóór de Eeuwige, voor de zonde die hij begaan heeft; en hem wordt vergeving geschonken voor de zonde die hij heeft begaan.

In het vrouwelijke deel ontbrak Malchut. Om op de juiste wijze de verbinding te maken met de eerste negen Sefirot en al het Licht te gebruiken met het doel om te geven, moet het mannelijke deel omhoog rijzen naar de eigenschap van Bina.

In ieder stadium van spirituele correctie loopt een mens gevaar om verkeerd te handelen, dan moet een mens innerlijk op zoek gaan en analyseren of hij van zichzelf duidelijk kan zien met welke verlangens hij werkt, of zij zich in een vrije staat bevinden; en als hij een zekere mate van vervulling gaat ervaren, zal hij dan daar niet weer een slaaf van worden? Het is vrijwel onmogelijk om dit te voorspellen.

Werkelijk alles wat zich kan voordoen wordt in de Torah beschreven. Hierover hoeven we ons niet ongerust te maken omdat correctie altijd op het volgende niveau plaatsvindt, de derde, hoogste Partzuf. Dit betekent dat de spirituele correctie het mannelijke deel, het vrouwelijke deel en de hoogste Partzuf, de Cohen, behelst.

From KabTV’s “Secrets of the Eternal Book” 4/9/14

 

Waarom Begint De Torah Bij Adam?

Dr. Michael LaitmanVraag: Waarom begint de Torah niet bij Abraham of bij het kamp aan de voet van de berg Sinaï, maar bij Adam, de schepping?

Antwoord: Om ons te leren begrijpen dat het breken van de ziel in vele segmenten het belangrijkste is, daarna wordt de Torah aan ons gegeven, om deze delen weer bijeen te brengen en aan elkaar te lijmen en zo de Schepper in de herstelde Kli (vat) te ontdekken. Als het niet op die manier begonnen was en er geen breking had plaatsgevonden, zouden alle andere handelingen zeker zinloos zijn geweest.

Daarom begint de Torah bij Adam en niet bij Abraham, want Abraham is al het resultaat van de breking, hij begint al met de correctie. De correctie begint ook niet bij de schenking van de Torah, want dan worden de benodigdheden voor de correctie ontvangen en het correctie plan. De Torah eindigt met de volledige openbaring van de Schepper, namelijk in de volledig gecorrigeerde en herhaaldelijk versterkte ziel van Adam

 

Leer De God Van Jullie Voorvaderen Kennen En Dien Hem

Dr. Michael LaitmanDe Torah, Vajikra 19:4 (Leviticus): Wendt je niet tot afgoden en maakt geen gegoten afgoden voor jullie zelf: Ik ben de Eeuwige, jullie God. Een afgod is iets wat wij a priori al krijgen, zonder enige uitleg en wat we maar aanvaarden zonder dat we proberen om er iets van te begrijpen. Dit vindt niet plaats op het menselijke niveau.

Een mens moet niveaus van geven en wederzijdse liefde bereiken, ontdekken, bestuderen en ermee werken. Dit systeem moet hij ten volle leren bevatten, begrijpen en voelen, met hart en hoofd. Alleen dan kan hij zeggen dat hij geen afgoden dient en niets zomaar aanneemt.

Ondanks het feit dat dit een heel moeilijke wijze van leven is, geeft de Schepper ons bepaalde problemen om zo het niveau van Adam (de mens) te bereiken en niet op het animale niveau te blijven.

Wij kunnen het ons dus niet veroorloven om ook maar iets als vanzelfsprekend aan te nemen. De Schepper wil dat wij Hem bestuderen: “Leer de God van jullie voorvaderen kennen en dien Hem.” Het hoogste punt van onze opgang bestaat namelijk uit het waarnemen en bereiken van de Schepper.

Commentaar: Soms wil je je van alles losmaken om zo op een gemakkelijke manier verder te kunnen leven.

Antwoord: Zo werkt ons egoïsme in ons. Enerzijds vergezelt het ego ons altijd tijdens de correcte ontwikkeling. Anderzijds is er behoefte aan het bereiken van een duidelijk spiritueel niveau, aan spirituele ontwikkeling en absorptie, anders is het niet mogelijk om onze dorst te lessen en onszelf te voelen.

Geven is de bron van zuiver water die de dorst lest.

From KabTV’s “Secrets of the Eternal Book” 3/26/14

 

Twee Eigenschappen Die Licht Genereren

Dr. Michael LaitmanEen ieder moet zijn moeder en zijn vader vrezen (Eer je vader en je moeder) … de Torah, Vajikra 19:3 (Leviticus).

Voor de spirituele correctie is het noodzakelijk om de eigenschappen van de moeder en van de vader op de juiste manier te gebruiken: ontvangen en geven, deze eigenschappen moeten met elkaar in evenwicht komen. Ontvangen komt van de moeder en geven is afkomstig van de vader, samen werken zij aan de ziel van een mens.

Een ieder van ons moet beide eigenschappen innerlijk een plek geven en met elkaar combineren, als ze met elkaar vermengd zijn, kunnen ze correct werken. Zonder deze eigenschappen kunnen wij ons echter met niemand verbinden.

De eigenschappen ontvangen en geven, de vrouwelijke en de mannelijke delen, werken samen als een stekker en een stopcontact, waarbij één deel  het andere deel binnengaat en vice versa. Volgens een simpele analogie: er wordt alleen licht zichtbaar als we een stekker in een stopcontact steken. We moeten namelijk altijd op de volgende manier te werk gaan: het is noodzakelijk dat ik ontvang en de ander geeft en vice versa. Dit geldt voor iedereen, zonder enige uitzondering.

Vraag: Waarom staat er geschreven: “Vrees je moeder en je vader?”

Antwoord: Om een eigenschap van ontvangen ten behoeve van geven te ontwikkelen, moet je je altijd afvragen of je een nieuwe kans hebt om dit te doen en of je een kans voorbij hebt laten gaan. Dit is de staat die wij “vrees” noemen.

From KabTV’s “Secrets of the Eternal Book” 3/26/14

 

Subtiliteiten In De Samenwerking Tussen De Delen Van De Gezamenlijke Ziel

laitman_423_01De Torah – Vajikra (Leviticus) 18:9: De naaktheid van uw zuster, de dochter van uw vader of de dochter van uw moeder, thuis geboren of buiten geboren, haar naaktheid zult gij niet ontdekken.

Dit heeft betrekking op een systeem van samenwerking tussen de mannelijke en de vrouwelijke delen van de algemene Kli (vat).

Elk deel van de ontvangende Kli heeft de vrouwelijke eigenschap. De mannelijke eigenschap is de eigenschap van geven die zich niet met de vrouwelijke eigenschap (het verlangen om te ontvangen) kan verbinden als zij beide afkomstig zijn uit foutieve onderlinge verbindingen.

Het verbod ”De naaktheid van uw zuster … zult gij niet ontdekken” heeft daarom betrekking op het feit dat de verbinding tussen deze beide delen niet mogelijk is als er geen Licht van Hassadim aanwezig is. Daarin is namelijk het Licht van Hochma gekleed, gehuld.

In de Talmud Eser Sefirot (The Study of the Ten Sefirot) worden minimaal twintig eigenschappen van elk Licht verduidelijkt, het is heel moeilijk uit te leggen. We moeten echter begrijpen dat wij alleen op deze wereld zijn om aan de correctie van de ziel te werken.

Nu zijn we – op het huidige niveau van onze evolutie –  het systeem binnen gegaan dat we ‘deze wereld’ noemen, we moeten hier enige tijd in bestaan, bepaalde handelingen verrichten en dan weer verder gaan.

De Torah spreekt uitsluitend over de correcties die we moeten uitvoeren als we ons op het niveau van deze wereld bevinden, waar we ervaren dat we in een lichaam bestaan en door middel van fysieke middelen werken. De Torah spreekt niet over de rest van de enorm grote ronde die we moeten afleggen en evenmin over andere delen van ons pad.

Als we over ‘deze wereld’ spreken of over ‘onze wereld’, verwijzen we naar onze huidige staat en naar wat wij nu denken en voelen. Onze wereld bevindt zich namelijk in een bepaalde staat. We zijn in een segment geplaatst dat in tijd, plaats, beweging, enz. gebroken is en terwijl wij daarin leven moeten we volgens een bepaalde handelwijze aan onszelf werken.

From KabTV’s “Secrets of the Eternal Book” 3/19/14

In verband met het Congres in LA van 31-10 t/m 2-11 verschijnt het eerstvolgende blog op 3-11.

 

Het Verbod Op Incest

Dr. Michael LaitmanDe Torah – Vajikra (Leviticus) 18:6: Niemand mag tot één van zijn naaste bloedverwanten toenadering zoeken om de naaktheid te ontdekken. Ik ben de Eeuwige.

In het spirituele systeem dat van Boven neerdaalt, is een duidelijke scheiding aanwezig tussen het mannelijke en het vrouwelijke deel: het Licht van Hassadim (moeder) en het Licht van Hochma (vader).

Het Licht van Hochma daalt via de vader neer en het Licht van Hassadim daalt via de moeder neer. Zij komen bij elkaar in de vorm van kinderen, maar alleen in een bepaalde combinatie en niet willekeurig.

De combinatie kan zich vormen als een bepaalde hoeveelheid Licht van Hochma het Licht van Hassadim – voor zover het dat kan bevatten – binnengaat. Dit betekent dat er zoveel van de eigenschap van geven aanwezig moet zijn, dat het Licht van Hochma daardoor omvat kan worden: genot om te geven, een vervulling ten behoeve van disseminatie.

Elke handeling moet namelijk verbonden zijn met liefde, met geven, en gericht zijn op de correctie van anderen volgens het gebod: “Heb je naaste lief als jezelf.” Alles is gericht op geven, want de ziel van de mens bevindt zich buiten hem.

Handelingen die op mijn eigen voordeel uit zijn en de maat die nodig is voor mijn eigen bestaan overschrijden, hebben geen waarde, ze zijn niet kosjer en de zielen raken daardoor onmiddellijk beschadigd. Een mens kan dus binnen bepaalde grenzen vooruitgang boeken waarbij het hem duidelijk moet zijn dat hij tot aan een bepaalde grens kan komen en niet verder. Hoe kan hem dat van tevoren kenbaar gemaakt worden? Er is een spiritueel systeem dat van Boven neerdaalt om het de mens mogelijk te maken om zich op de juiste manier alleen op geven te richten en op de juiste wijze voortgang te boeken, in de wetenschap dat hij begrijpt dat de mogelijkheden die hij heeft begrensd zijn. Hij kan ze zonder afhankelijk te zijn vaststellen en er vrij gebruik van maken.

Het systeem moet ons laten zien en ons leren welke keuzes we hebben. Als we een kind wat leren, laten we hem zien wat toegestaan is en wat verboden is, wat goed en wat slecht is. Eerst laten we het kind iets zien en daarna willen we niet alleen dat hij het uitvoert maar ook dat hij een stapje verder komt. Op dezelfde wijze leert het spirituele systeem een mens vaardigheden waardoor hij onafhankelijk vooruit kan komen. Het systeem van Adam (de mens) moet zich namelijk op een onafhankelijke wijze ontwikkelen.

In onze wereld ontwikkelen we ons alleen door tegenslagen en bestraffingen. We zien dat de mensheid constant fouten maakt en dat we niet op de juiste wijze kunnen handelen omdat ons ego groeit. Zulke fouten kunnen in de spirituele wereld niet gemaakt worden.

Om een mens tijdens zijn spirituele groei te beschermen, moet er in hem een systeem van zelfstandig leren gebouwd worden, geen top-down systeem dat wij gewoonlijk creëren, maar een systeem van beneden naar boven, waarbij een mens nog niet weet wat hij moet doen. Dit is alleen mogelijk in de spirituele wereld, dankzij de eigenschappen daarvan.

Het woord ‘verboden’ in de Torah betekent ‘onmogelijk’. Het verbod op incest onder bloedverwanten betekent dat het onmogelijk is om in deze combinatie een deel van de ziel te creëren en door deze handeling de correctie van een deel van de ziel uit te voeren.

Het is onmogelijk om door deze handeling een bepaald deel te corrigeren, want op die manier wordt er een Kli (vat) gevormd die niet geschikt is voor correctie. Het Licht daalt in twee lijnen van Boven neer. Het ene deel wordt ‘vader’ genoemd en het andere deel ‘moeder’, zij kunnen alleen op bepaalde niveaus samengevoegd worden.

Deze verbinding moet gevormd worden tussen twee impulsen die volkomen van elkaar gescheiden zijn en van een bepaald deel van het systeem neerdalen. Met andere woorden: de eigenschap van geven en de eigenschap van ontvangen moeten zich blijven vernieuwen in de delen van de ziel die volkomen nieuw zijn. Dichter bij elkaar komen en daarbij eenvormig worden, als vanuit één bron, is niet mogelijk.

Vraag: Kennen we daarvan een voorbeeld in onze wereld?

Antwoord: Natuurlijk. Alles wat in de spirituele wereld bestaat – in de vorm van wortels – wordt in onze wereld zichtbaar in de vorm van afgeleiden. Dus hier kennen wij bijvoorbeeld het verbod op incest tussen vader en dochter, moeder en zoon, enz.

Deze afgeleiden bestaan in onze wereld en leiden tot negatieve resultaten. De psychologische en mentale problemen die veroorzaakt werden door het huwelijk tussen bloedverwanten van Europese koningshuizen, zijn maar al te goed bekend.

Alleen op het animale niveau is incest mogelijk, het nageslacht van dieren is dan ook volkomen onafhankelijk van de moeder en de biologische en genetische verbinding met de ouders verdwijnt. Enige jaren later kunnen zij gemakkelijk weer met elkaar in contact komen en realiseren zij zich niet dat ze familie van elkaar zijn.

Dit komt niet voor bij de mens, want hij is met het Hogere Licht verbonden, dieren bevinden zich op een lager niveau.

From KabTV’s “Secrets of the Eternal Book” 3/19/14

 

Een Zegen In Plaats Van Een Oordeel

Dr. Michael LaitmanWeisman, “Midrash Sefer,” “Na de dood van”, “Heilig Werk op Yom Kippur”: Voor Yom Kippur moet je een mens voorbereiden, degene die de geit met zich moet meenemen die voor Azazel bestemd is, in de woestijn, en hem daar van een rots werpt. De Schepper heeft beloofd dat de zonden van de gehele gemeenschap van Israël vergeven worden door dit Heilige Werk.

Degene die de geit naar de woestijn meenam, stierf gewoonlijk aan het einde van dat jaar …

De Hogepriester kon de binnenplaats niet verlaten en het Heilige Werk niet verrichten totdat de geit in de woestijn was …

In die dagen, toen het volk Israël uit rechtvaardigen bestond, wisten zij dat de geit in de woestijn was aangekomen als het rode koord dat aan het Heilige der Heiligen was vastgebonden wit werd.

Een mens die een afgezant is van de gehele gemeenschap, namelijk van al zijn verlangens, ontdekt in zichzelf verlangens die niet gecorrigeerd kunnen worden en hij doodt ze.

Hij werpt de geit (zijn ongecorrigeerde verlangens) van de rots, hij beoordeelt ze op basis van zijn gevoelens, zijn inschattingen en zijn afwegingen en hij sterft omdat hij ze niet kan corrigeren, zo kan hij op een hoger niveau komen.

Zulke eigenschappen die het dier in ons genoemd worden, bevinden zich in ieder van ons. De ongecorrigeerde mens en de ongecorrigeerde geit kunnen elkaar aanvullen. De staat van het dier in ons wordt dus gecorrigeerd als wij het van de rots werpen en deze verlangens uiteenvallen.

Dankzij deze staat sterft het dier in ons. Het ongecorrigeerde deel in ons moet in dat jaar sterven. De dood daarvan is goed voor ons, het is onze beloning. Wanneer de staat die wij het dier in ons noemen sterft, stijgen wij omhoog. Dit is een grote vreugde, een gevoel van correctie en bevrijding van zulke egoïstische verlangens waar we ons eerder niet van konden bevrijden.

Er staat geschreven dat zij wisten dat de geit in de woestijn was aangekomen als het rode koord dat aan het Heilige der Heiligen was vastgebonden wit werd. Dit betekent dat nu alle eigenschappen van Din (oordeel) veranderen in de eigenschappen van Hesed (genade), dat wil zeggen dat de zonden van het volk zijn vergeven en dat zij bevrijd zijn van de ongecorrigeerde verlangens.

Het hele volk zendt namelijk de geit naar de woestijn en zo worden al hun verlangens van het animale niveau weggeworpen en vallen zij uiteen. Zo ontvangt het volk de Zegen van de Eeuwige in plaats van Zijn Oordeel.

From KabTV’s “Secrets of the Eternal Book” 3/12/14