Vraag: De mondelinge Torah zegt dat farao zijn verspieders naar het Israëlische volk stuurt. Wat wordt er bedoeld met ‘verspieders’?

Antwoord: ‘Verspieders’ verwijst naar alle gedachten en verlangens die in iemand ontwaken tijdens zijn spirituele werk en die hem aan zijn vorige leven doen herinneren: de dagelijkse geneugten, de bezorgdheid over zijn eigen gewin en zijn deelname aan verschillende activiteiten in de fysieke wereld. De dagelijkse routine wordt plotseling wenselijk en lijkt zoet, aantrekkelijk, warm en veilig.

Vraag: Er wordt gezegd dat het Israëlische volk erin slaagde om de druk van de verspieders te weerstaan, sommigen van hen doodde en de anderen terugstuurde. Wat is de innerlijke betekenis van de dode verspieders?

Antwoord: Wij moeten alle egoïstische bedoelingen doden, alle verlangens en gedachten die in ons naar boven komen, dit betekent dat we de verbinding ermee moeten afsnijden en dat ik ze uit mijn hoofd moet zetten, dan sterven ze. Hoe meer je over iets nadenkt, hoe meer je door de energie van dat object wordt gevoed en hoe meer het zich aan je vastklampt.

Bovendien hoef je het zelfs niet eens te haten, want daarmee voed je het ook omdat je vreugde ervaart in de haat. Als bijvoorbeeld twee mensen elkaar haten, voelen ze een innerlijke opgetogenheid, ze ervaren een gevoel van strijd, een gevoel van levendigheid. Maar als je je haat naar iemand afsnijdt, voel je het niet langer en zo blokkeer je het.

Dus wanneer je je nauwkeurig op het Doel richt, dood je al je fysieke verlangens en gedachten die je voortdurend begeleiden en je proberen af te leiden van het spirituele pad.

From KabTV’s “Secrets of the Eternal Book” 4/23/14

Filed under: Spiritueel Werk, Torah | Add Comment/Ask Question→