Op zoek in het leven – De zoektocht van dr. Michael Laitman

De vraag naar de zin van het leven

Vraag: Wanneer had u voor het eerst een vraag over de zin van het leven?

Antwoord: Ik ben ermee geboren. Deze vraag achtervolgde mij sinds mijn kindertijd. Ik was voortdurend op zoek, maar wist niet waar ik een antwoord zou kunnen vinden. Ik dacht dat ik het misschien in de wetenschap zou kunnen vinden, maar ik ontdekte al heel snel dat, zodra ik daaraan begon, dat voor mij niet de oplossing was.

Er waren jaren waarin ik niet wist waar ik naar op zoek was. Ik voelde me alleen maar leeg, verveeld. Waar diende alles voor? Wat zou het doel van het leven kunnen zijn?

Vraag: Hoe probeerde u die leegte op te vullen?

Antwoord: Allereerst probeerde ik een beroep te vinden. In die tijd waren er niet zoveel mogelijkheden in Rusland. Mijn ouders dwongen me om een medische opleiding te volgen. Ik werd aangenomen maar ik haakte meteen af. Letterlijk binnen een paar maanden, ik realiseerde me dat dit niets voor mij was, want het gaf me geen oplossing voor de pijnlijke kwestie.

Als ik was afgestudeerd aan die school, zou ik chirurg geworden zijn, want dan zie je duidelijk het resultaat van je werk. De patiënt verkeert in een ernstige situatie en kan alleen geholpen worden door een krachtige interventie, je gaat aan het werk en je ziet het resultaat. Maar ook dit was niet waar ik naar op zoek was.

Ik schreef mij in aan de Faculteit voor Automatisering en Computertechniek van het Oeljanov-Lenin Instituut in Leningrad. Daarna stapte ik over naar het Polytechnisch Instituut, op de afdeling van professor Akhutin, biologische medische cybernetica. Ik was voortdurend op zoek. Tegelijkertijd, tijdens mijn laatste jaren in Rusland, deed ik wat werk aan het Instituut voor Bloedtransfusie, de Militaire Medische Academie, en ook bij de SKB, waar ze alfa-gordels voor astronauten maakten. Maar het dit was niet succesvol voor mij.

Wetenschapper worden? Wel, dan word je ‘assistant professor’. En dan? Ik kreeg er al heel gauw een soort teleurgesteld gevoel bij.

Vraag: Je komt aan een soort grens. Als je die bereikt hebt, is er geen verdere ontwikkeling meer. Hield dat u vanaf het begin tegen?

Antwoord: Ja. Dat achtervolgde me voortdurend. In sommige opzichten was ik ongelukkig. Maar, zoals men zegt, tegenslagen helpen en ze leidden mij na vele jaren naar Kabbalah. Ik realiseerde me dat ik niets te zoeken had in de wetenschap en ook in Rusland helemaal niets meer te zoeken had. Toen begon de repatriëring. Een paar jaar lang wiste ik al mijn sporen uit tot ik via mijn geboortestad Vitebsk, via Litouwen, via het stadje Pabradė na twee jaar lang geweigerd te zijn vergunning kreeg en vertrok. In 1974 kwam ik in Israël aan.

Zoektocht in Israël

Na mijn aankomst in Israël bleef ik zoeken naar een antwoord op de vraag naar de zin van het leven. Daarom ging ik dichtbij het Weizmann Instituut wonen. Ik dacht dat ik daar misschien iets zou vinden. Weer niets. Er was een mogelijkheid om me bezig te houden met de ontwikkeling van medische apparatuur, dat lag het dichtst bij mijn vakgebied. Maar ook dat interesseerde me niet. Daar wilde ik niet mijn hele leven aan besteden. Dan kan je beter naar een soort automatische baan gaan en je helemaal vrij voelen.

Daarom ging ik in het leger werken bij het onderhoud van vliegtuigen. En als ik vrij was van mijn werk, ging ik verder met zoeken. Hoe kon ik iets vinden wat het leven waardevol maakte? Deze vraag, deze passie, dit verlangen, de leegte, dreven mij, hoewel ik tegen die tijd al een vrouw en een kind had en ik mij gelukkig voelde in mijn gezinsleven. Tot op de dag van vandaag ben ik blij dat ik al zoveel jaren met deze vrouw samen ben.

Maar toch, er zat me iets dwars. Ik kreeg het aanbod om het in religie te zoeken. Ik begon wat cursussen te volgen en ging in het weekend naar Yarkhei Kala. Ze leken wel iets te zeggen te hebben, maar het had geen betekenis. En steeds probeerde ik te begrijpen: “Maar dan, wat dan?” Zij stelden zelf geen vragen.

Ik probeerde net zo te worden als zij. Ik vond het mooi wat ze zeiden over de eeuwigheid, de Schepper, de ziel, over de verbinding met het eeuwige. Maar waar is die verbinding? Ze antwoordden: “We lezen en onderwijzen, en dat is de verbinding.” En waar is die verbinding echt? Waar is de connector waarmee je je verbindt met deze verbinding? Waar voel je het duidelijk? Ben je er zelf bij betrokken?” “Nee, het staat in de boeken geschreven.” Dat was genoeg voor hen.

Ik bleef zoeken, totdat Rabbijn Fischer uit Nederland tegen mijn belangenbehartigers, die van mij een eenvoudige religieuze Jood wilden maken, zei: “Hij moet waarschijnlijk worden voorgesteld aan Kabbalisten, aan degenen die zich hier meer in verdiepen. Daar zijn mensen die daar behoefte aan hebben.”

Zij introduceerden me bij Rabbijn Zilberman. Door hem kwam ik erachter dat er Kabbalah bestond, dat er boeken waren die het hier serieus over hadden. Hij begon in het geheim Aramees met mij te studeren. In Kabbalah worden namelijk de primaire bronnen in het Aramees uiteengezet. Aramees is afkomstig uit Babylonië, waar Aramees de spreektaal was.

Maar zijn aanpak bevredigde me ook niet. Gelovigen bestuderen alleen boeken en hij bestudeerde Kabbalah op dezelfde manier. Waar is het contact dan, waar is de verbinding? Dat was ook hierbij afwezig. Hij vond dat lezen om meer te leren genoeg was.

Wat heeft “leren” hiermee te maken? Ik wilde er middenin staan! Wat moest ik doen om de essentie van het leven te ontdekken, van alles wat er om mij heen gebeurt, de schepping te zien van het begin tot het eind? Waarom, hoe, waarom? Wat is het uiteindelijke doel?

Hierop zei Rav Zilberman: “Het is natuurlijk een goede vraag. Dit wordt hier en daar in Kabbalah ook wel begrepen. Wij begrijpen het in de mate waarin wij de Kabbalisten begrijpen.” Ik ging weg bij hem.

Berg

Eens, op zoek naar een Kabbalah leraar, ging ik naar een van de lezingen aan het Berg Instituut, maar ik zag dat dit allemaal niet serieus was. Toen vroeg ik of ik voorgesteld kon worden aan Berg en ik zei zonder omwegen tegen hem: “Ik ben bereid om te betalen wat u wilt, ik heb privélessen nodig.” Financieel gezien was ik rijk en ik gaf hem werkelijk veel geld, maar ik wilde absoluut privélessen.

Dus ik ging bijna elke dag naar zijn huis, om vijf uur ‘s morgens. Na een paar weken besefte ik dat ik verder niets meer aan hem had.

Toch leerde ik van hem iets meer dan van de anderen omdat hij op een gegeven moment bij Rabbijn Brandwein, een leerling van Baal HaSulam had gestudeerd. Berg vertelde mij wat over Baal HaSulam en over Rabbijn Brandwein, hoe hij bij hem gestudeerd had toen hij nog heel jong was. Hij zei dat er nog andere boeken waren, de boeken van Baal HaSulam en dat daaruit ook gestudeerd kon worden. In feite heb ik dit van hem geleerd.

Maar na twee à drie weken, toen ik zag dat ik niets meer van hem te leren had, stopte ik met die studie. En wat toen? Naar wie moest ik op zoek? Ik wist het niet.

Hier is hij, de Ware Leraar!

Op de een of andere manier, letterlijk bij toeval, besloot ik na aankomst in Bnei Brak, om een leraar te gaan zoeken. Het was winter, het was moeilijk om in deze tijd van het jaar naar Jeruzalem te reizen en ik dacht, waarom niet eens in Bnei Brak kijken. Op een van de kruispunten, leunend uit de auto, vroeg ik: “Waar studeren mensen hier Kabbalah?” Een religieuze man die daar stond antwoordde: “Sla linksaf, rij dan naar een bosje, daar vind je een plek waar ze Kabbalah studeren.” Net een engel uit de hemel.

Toen ik daar aankwam zag ik een aantal oude mensen die Kabbalah studeerden. Ik sprak ze aan en zij wezen mij de leraar. Zo begon ik daar te studeren. Het bleek dat hun leider de oudste zoon van Baal HaSulam was. Niemand had mij daar ooit iets over gezegd.

Zo kwam ik bij de belangrijkste persoon terecht, mijns inziens de enige Kabbalist in die tijd. Bovendien was hij de oudste zoon van Baal HaSulam en had hij alles via hem ontvangen. Inderdaad, toen hij met mij begon te studeren, besefte ik dat een week of twee hier niet genoeg zouden zijn.

Ik voelde dit aan het feit dat mijn vragen niet ergens in het luchtledige bleven hangen, maar onmiddellijk in vruchtbare aarde vielen. Ik kreeg rechtstreekse antwoorden. Bovendien waren het geen ontwijkende antwoorden, zoals: Wees maar tevreden met het geloof en enkele geboden, of: Dat zien we later wel.” Het waren absoluut duidelijke, serieuze, rustige antwoorden. Bovendien gingen ze vergezeld van formules, grafieken en logische uitleg, zonder enige concessies.

Zo ben ik gemaakt

Vraag: Wisten uw ouders dat u op zoek was naar de zin van het leven?

Antwoord: Ze wisten altijd dat ik op zoek was. Alles gebeurde voor hun ogen door de jaren heen. Natuurlijk begrepen zij dat ik op geen enkele manier en in geen enkel opzicht zou opgeven, want zonder dat kon ik niet leven, was het leven niet de moeite waard. Daarom hielden ze me niet tegen.

Tegelijkertijd was ik een serieus, weldenkend, zeer realistisch mens, ik was geen dromer. Ik heb een afkeer van mystiek en ik sta heel ver af van religie, van geloof. Ik ben heel realistisch, ik weet dat ik moet zorgen voor mijn gezin en mijn kinderen, ik sta stevig met beide benen op de grond, ik bezwijk voor geen enkele slechte invloed. Dat wisten ze allemaal heel goed. Ze zagen dat ik een heel serieus doel had, dat ik zo geschapen ben, en dat ik doorga.

Blog in het Engels: https://laitman.com/2021/07/life-in-search/

http://www.facebook.com/KabbalahAcademyNederland

Het volgende blog verschijnt zondag a.s.

From KabTV’s “Close-up.Generation”

Filed under: Meaning Of Life, Spiritual Teacher, Spiritual Work | Add Comment / Ask Question →

Discussie | Share Feedback | Ask a question




"Kabbalah & het Doel van het Leven" Reacties RSS Feed

Volgend bericht: