“Het Verheugde Mij Om In Zijn Schaduw Te Zitten”

Dr. Michael LaitmanBaal HaSulam Shamati 8: ‘Wat is het Verschil tussen een Schaduw van Kedusha en een Schaduw van de Sitra Achra’. Er staat geschreven: “Het verheugde mij om in Zijn schaduw te zitten en Zijn vruchten waren zoet voor mijn verhemelte.” Met andere woorden: er wordt gezegd dat alle verborgenheden en moeilijkheden die een mens voelt, er zijn omdat de Schepper hem deze situaties heeft gezonden zodat hij een plaats heeft om boven de rede te werken.

Als een mens de kracht heeft om dat te zeggen, namelijk dat de Schepper dit alles bij hem teweegbrengt, komt dit hem ten goede. Dit betekent dat hij daardoor zijn werk kan gaan doen om te geven en dat hij niet voor zichzelf werkt. Dan gaat hij zich realiseren, dat wil zeggen ‘geloven’,  dat de Schepper juist aan dit werk vreugde beleeft, werk dat volledig boven de rede verricht wordt.

Hieruit volgt dat een mens niet bidt tot de Schepper met de vraag of de schaduwen van de wereld zullen wijken. Maar hij zegt: “Ik begrijp dat de Schepper wil dat ik Hem op deze manier dien, geheel boven de rede.” Dus bij alles wat hij doet, zegt hij: “Natuurlijk verheugt de Schepper zich in dit werk, dus waarom zou ik me bezorgd maken als ik in een staat van verborgenheid van Zijn Aangezicht werk?”

Omdat een mens wil werken om te geven, omdat hij de Schepper vreugde wil brengen, voelt hij zich niet verlaagd door dit werk, hij heeft namelijk niet het gevoel dat hij zich in een staat van verborgenheid van Zijn Aangezicht bevindt en dat de Schepper zich niet zou verheugen over dit werk. In plaats daarvan stemt hij in met het leiderschap van de Schepper, wat betekent dat hij – hoewel de Schepper wil dat een mens het bestaan van de Schepper voelt tijdens het werk – er met zijn hele hart mee instemt. Dit is zo omdat hij niet uitgaat van wat hij zelf aangenaam vindt, maar hij vraagt zich af wat het verlangen van de Schepper is. Zo brengt deze schaduw hem leven.

Geloof boven de rede betekent dat je alles wat er met je gebeurt, opvat als gezonden door de Schepper, de Ene Verenigde Kracht waarnaast niets anders bestaat, Goed dat Goed doet, ondanks het feit dat je het anders voelt. Ons gehele werk bestaat eruit dat wij ons realiseren dat wij niets zelf doen en dat ook niet willen, niet in de uiterlijke wereld en niet in onze binnenwereld, niet met onze handen en voeten of met de gereedschappen van deze wereld, niet met onze innerlijke verlangens en gedachten, maar dat wij in plaats daarvan met alles wat wij op dit moment hebben instemmen. Dan zal dit ogenblik genoemd worden: het einde van de correctie.

Tot aan het ogenblik dat wij de gevoelens hebben bereikt dat wij ons in de beste staat bevinden, onder de controle van de Goede Kracht die zowel aan rechtvaardigen als aan zondaren het goede brengt, zullen de schaduwen in de wereld blijven bestaan. De Schepper zal ons naar staten leiden die ons ertoe zullen brengen dat wij onszelf zullen willen veranderen. Tenslotte komen we tot het begrip dat ons werk volkomen tegengesteld is aan wat wij dachten, het gaat over een verandering van houding naar onze waarneming van het hoogste Bestuur, de Heer over deze wereld, zodat wij naar Zijn schaduw verlangen.

Alles wat wij ontvangen wordt door ons gewenst hoewel het zich in een onaangename vorm aandient, want dit is een schaduw, het is verborgenheid. Maar innerlijk werken wij in geloof boven de rede zodat deze vruchten zoet worden voor ons. Hieruit bestaat onze gehele correctie.

Alles begint bij het bewustzijn dat alles wat gebeurt van de Schepper afkomstig is, waarbij we niet alleen maar deze woorden horen, maar het innerlijk ook zo voelen. Wij moeten de Schepper niet om Zijn onthulling vragen, maar wel om het vermogen om te kunnen beseffen dat alles van Hem komt. Dan zal een mens er blij mee zijn dat hij kan werken in geloof boven de rede en zal hij alle slechte staten accepteren als de beste staten, de onaangename als aangenaam, tot op het moment dat alle staten aangenaam zijn voor hem.

Dit betekent dat hij geloof heeft bereikt. Er verandert niets in de wereld, alleen wordt het volmaakte bestuur van de Schepper aan een mens onthuld. Dit is het enige wat deze wereld tot een hogere, volmaakte wereld maakt.

Het blijkt dat er geen uiterlijke veranderingen nodig zijn, geen extern werk, niet met onze handen en voeten, niet op de manier waarop wij ons het spirituele werk voorstellen. Uiteindelijk kunnen we alles samenbrengen tot één staat: het contact van de mens met de verborgen Leiding. Dit contact wil hij voortdurend vasthouden en hij vraagt om geen enkele verandering: een mens wil de verborgenheid blijven ervaren.

Eerst vroeg hij om onthulling, maar nu wil hij dat de verborgenheid blijft bestaan. Al zijn verlangen, alle energie waarmee hij op zoek is geweest naar onthulling, verandert hij in het tegenovergestelde, zodat onthulling niet plaats zal vinden. Want onthulling kan al zijn onzelfzuchtige verlangen en heel zijn relatie tot de Schepper teniet doen, hem het werk boven de rede ontnemen. Daarom wil hij deze afstand, waarover hij bezorgd was, in stand houden zodat hij onafgebroken in verbinding is met de Schepper die boven dit alles aanwezig is.

From the Preparation to the Daily Kabbalah Lesson 7/29/13

 

Discussie | Share Feedback | Ask a question




"Kabbalah & het Doel van het Leven" Reacties RSS Feed